Koppelen met het laadstation testen nadat de begrenzings- en geleidingsdraad geïnstalleerd zijn
Om het laadstation te vinden, begint de robotmaaier altijd met het zoeken naar het laadstationsignaal. Na een bepaalde tijd gaat het product zoeken naar geleidings- en begrenzingsdraad om het laadstation te vinden.
Nadat de begrenzings- en geleidingsdraad van uw Automower®-robotmaaier geïnstalleerd zijn, moet u controleren of de maaier de begrenzings- of geleidingsdraad helemaal naar het laadstation kan volgen en eenvoudig kan koppelen.
De begrenzingsdraad testen - koppelen
Wanneer u de installatie van de begrenzingsdraad hebt afgerond, raden we u aan om te controleren of uw Automower®-robotmaaier de begrenzingsdraad helemaal tot het laadstation kan volgen en eenvoudig kan koppelen. De test moet zowel rechtsom als linksom worden uitgevoerd (Rechts testen / Links testen).
- Plaats de robotmaaier op ongeveer 3 m / 10 ft van de begrenzingsdraad, naar de diamantkabel gericht.
- Om te testen met Automower® Connect moet u een Bluetooth-verbinding tot stand brengen en Meer > Instellingen > Installatie > Laadstation zoeken > Test: Instelling begrenzingsdraad selecteren.
Om de test te doen via het display van de maaier, selecteert u Installatie > Laadstation zoeken en gaat u naar de optie test begrenzingsdraad. Waar u dit kunt vinden, verschilt per model. U vindt het exacte menupad in de gebruikershandleiding. Voorbeeld: Installatie > Laadstation zoeken > Overzicht van zoekmethoden > Begrenzing > Meer > Rechts testen / Links testen. - Druk op START en sluit de klep (indien van toepassing op uw model).
- Controleer of het product de begrenzingsdraad naar het laadstation volgt.
- Controleer of het product koppelt met het laadstation.
Als het product niet koppelt met het laadstation, controleert u of het laadstation, de begrenzingsdraad en de geleidingsdraad in overeenstemming met de instructies geïnstalleerd zijn. Controleer ook of obstakels in de buurt van de draad geïsoleerd zijn. Als dit niet helpt, moet de positie van het laadstation of de begrenzingsdraad worden gewijzigd.
De geleidingsdraad testen - koppelen
Wanneer u de installatie van de geleidingsdraad hebt afgerond, raden we u aan om te controleren of uw Automower®-robotmaaier de geleidingsdraad helemaal tot het laadstation kan volgen en eenvoudig kan koppelen. Als er meer dan één geleidingsdraad is geïnstalleerd, moet de test op alle geleidingsdraden worden uitgevoerd.
- Plaats de robotmaaier op ongeveer 3 m / 10 ft van de geleidingsdraad, naar de diamantkabel gericht.
- Om te testen met Automower® Connect moet u een Bluetooth-verbinding tot stand brengen en Meer > Instellingen > Installatie > Laadstation zoeken > Test: Instelling geleiding X.
Om de test te doen via het display van de maaier, selecteert u Installatie > Laadstation zoeken en gaat u naar de optie test geleidingsdraad. Waar u dit kunt vinden, verschilt per model. U vindt het exacte menupad in de gebruikershandleiding. Voorbeeld: Installatie > Laadstation zoeken > Geleiding > Meer > Geleiding testen. - Druk op START en sluit de klep (indien van toepassing op uw model).
- Controleer of het product de geleidingsdraad naar het laadstation volgt.
- Controleer of het product koppelt met het laadstation.
De test wordt uitsluitend goedgekeurd als de maaier de geleidingsdraad over het hele traject naar het laadstation kan volgen en meteen bij de eerste poging koppelt. Als het de robotmaaier niet lukt om bij de eerste poging te koppelen, probeert deze het automatisch opnieuw.
Als het product niet koppelt met het laadstation, controleert u of het laadstation, de begrenzingsdraad en de geleidingsdraad in overeenstemming met de instructies geïnstalleerd zijn. Controleer ook of obstakels in de buurt van de draad geïsoleerd zijn en of de geleidingsdraad in een hoek op een steile helling is gelegd. Als dit niet helpt, moet de positie van het laadstation of de geleidingsdraad worden gewijzigd.